Wat ik graag had willen weten aan het begin van mijn burn-out
Anno 2020, ik voelde me slecht, heel slecht, mijn lichaam was op, ik kon niet meer. Het verdict: burn-out. Voor mij was het als een donderslag bij heldere hemel. Ik wilde het niet aanvaarden. Hoe komt het dat steeds meer Belgen kampen met een burn-out, en kunnen we hier iets aan doen? – Ulrike Simons
Waarom het voor mij zo belangrijk is om hierover te schrijven
Een burn-out is geen pretje. Ik kwam begin 2020 in een zware burn-out en depressie terecht. Ambitieus was ik altijd wel al, een harde werker ook. Ik was ervan overtuigd dat ik er na drie maanden wel vanaf zou zijn. Ondertussen, twee jaar later ben ik er nog altijd niet, maar ik ben op de goede weg. Eén ding weet ik zeker: “Ik wil nooit meer in deze situatie terecht komen”. Daarom wil ik een stem zijn, voor alle mensen die in hetzelfde schuitje zitten. Ik wil anderen een hart onder de riem steken, burn-out bespreekbaar maken en als het kan: anderen tegenhouden om het ooit zover te laten komen.
Een burn-out is niet enkel moe zijn:
Een burn-out sluipt jouw lichaam in, je ziet het niet, je voelt het niet. Het is er ineens. Maar wat is dat juist, een burn-out? Als je het opzoekt vind je gegarandeerd: “opgebrand zijn”. Ik krijg nog steeds wel eens te horen van anderen: “Goh, ik ben ook wel eens heel erg moe”. Velen weten dit niet, maar een burn-out is zoveel meer dan moe zijn. Het tast je aan, zowel fysiek als mentaal.
Omdat maar zo weinig mensen weten wat een burn-out juist is, vind ik het belangrijk om de meest voorkomende symptomen op een rijtje te zetten.
Rennen, springen, vliegen, duiken, vallen, opstaan en weer doorgaan
Wist je dat er volgens cijfers van het RIZIV een toename is van 40% van langdurige burn-out en/of depressie in België? Is het dan niet hoog tijd dat er wordt nagedacht hoe dit komt? En vooral, of er een mogelijkheid is om dit te verminderen?
In België en andere landen met een ”westerse cultuur” wordt de werkdruk steeds hoger. We leven in een cultuur waar veel kan, maar waar ook veel van je verwacht wordt. Sociale media waarin velen een perfect leven voorschotelen helpt hier niet bij. Mensen willen steeds meer, beter, perfecter.
Als ik denk aan mijn burn-out, komt automatisch het liedje “Opzij” van “Herman van Veen” in me op. Het stukje: “we moeten rennen, springen, vliegen, duiken, vallen, opstaan en weer doorgaan” is heel erg van toepassing. Ik was heel gehaast, en had steeds het gevoel dat ik tijd tekortkwam. Ik ging maar door, totdat ik gewoon niet meer verder kon. Ik viel, maar kon niet meer opstaan. In België zijn er zo veel mensen met dit gevoel. Dit moet veranderen. Het is toch niet de bedoeling dat straks de helft van de Belgen thuis zitten met een burn-out?
Begrijp de eerste signalen en negeer ze niet
Voor mijn burn-out waren er zoveel signalen. Ik herkende ze gewoon niet. Anderen zeiden me wel eens: “Ulrike, doe eens wat rustiger aan”, of “zorg dat je ook af en toe wat rust inlast”. Maar rust? Ik had geen idee wat dat was. Geen zin in, geen tijd voor en mijn oogkleppen gingen weer op. Ik geef het toe, stiekem lachte ik wel eens met al die mensen met een “burn-out”, ik begreep dat niet. Nu weet ik natuurlijk beter
Zijn er manieren om een burn-out te voorkomen? Ik kan alvast zeggen dat er enkele punten zijn waar je op kan letten:
- Het allerbelangrijkste: bewaak je eigen grenzen!
- Beweeg
- Bouw rustmomenten in
- Durf nee te zeggen
- Herken de signalen van stress bij jezelf, en neem ze serieus!
Niet gefaald:
Mensen met een burn-out moeten inzien dat zij niet gefaald hebben. Praat erover! Breng het onder de aandacht. Het kan namelijk ieder onder ons overkomen. Laten we met zijn allen het taboe rond burn-out doorbreken.